Familie Koning
De Familie Koning (Conink) is afkomstig uit de kop van Noordwest Overijssel (Wetering, Nederland) en trekt in de loop van de tijd ‘omhoog’ via Kalenberg naar Spanga/ Nijetrijne. Zo rond 1700 zijn het min of meer buren geweest van de Huismannen en de Pennen die daar ook woonden en later omhoog trokken naar Friesland en zich vestigden in de Echtenerveenpolder (Echten, Oosterzee).
De naam “Conink” duikt voor het eerst op 7 september 1709 als Roelof Gerrits Conink in Blokzijl zijn vierde kind Bartelt laat dopen van zijn eerste vrouw Neeltje Bartels. Als Roelof op 23 juli 1713 hertrouwt in Steenwijkerwold met Marrigje Jans, gebruikt hij de achternaam “Pander”. Dit zou erop kunnen wijzen dat Roelof Gerrits (of zijn vader) pander was, iemand die iets in pand aanneemt, en zich daardoor misschien de koning te rijk voelde…….., wie zal het zeggen. In deze beginperiode waren achternamen vaak beroepsnamen, vandaar.
In de voogdijregeling van 1721[1] wordt de achternaam Koning echter opnieuw gebruikt.
De zoon van Roelof Gerrits (Gerrit Roelofs) evenals diens zoon Albert Gerrits gebruiken de achternaam Koning niet bij hun huwelijk in resp.1743 en 1770 in Blokzijl, maar Albert Gerrits noemt zich duidelijk Koning bij de doop van zijn kinderen vanaf 1772.
Zo ging het wel meer bij het gebruik van achternamen, het was niet wettelijk verplicht- dat kwam pas bij de invoering van de Burgerlijke Stand in 1812- en als de voornamen geen misverstand opriepen, dan bleef de achternaam vaak achterwege.
Vanaf 1772 is het gebruik van de achternaam Koning in de familie min of meer definitief.
De ‘Konings’ waren veehouders en turfboeren (turfmakers) in de regio Wetering en Kalenberg. De bovengenoemde Roelof Gerrits Conink woonde in 1710 aan het Einde van het Diep, dit is de omgeving nabij Muggenbeet waar het Steenwijkerdiep uitkomt in de Wetering. Dit gebied was toen een en al bedrijvigheid en lag op het kruispunt van vaarwegen naar Steenwijk, Blokzijl en Friesland. Een oude foto van dit punt geeft nog goed de sfeer weer.
Later in de tijd trokken de Konings dus omhoog naar Kalenberg en Spanga, waar Albert Hendriks Koning (de vader van Cornelis) nog steeds veehouder was.
Een paar familiebijzonderheden
De Konings waren niet ‘vreemd’ van de Pennen. Zo trouwt Albert Cornelis Koningf [2] in 1957 met Anthonia, een dochter van Geesje Jans Pen, terwijl de bovengenoemde Roelof Gerrits Conink in 1713 hertrouwt met Marrigje Jans, een zuster van Coop Jans. Deze Coop Jans, geboren rond 1670 in Wetering is de stamvader van de gehele latere familie Pen. Zo mooi kan het lopen dus, het klikt met de genen of niet.
Een ander voorbeeld betreft Peter Gerrits Koning (een kleizoon van Roelof Gerrits) die ook voorkeur voor de Pen-genen heeft. Hij trouwt in 1793 met Marrigje, een dochter een Harm Pen. Mooi te zien is ook hoe de naam Marrigje vanaf 1713 in de Pen-familie meeloopt.
Ook zit er in de zijtak van de Konings rond 1800 nog een link met de Huismannen als Albert Peters Koning in 1826 trouwt met Geertje Harms Huisman. Deze Geertje is overigens geen familie van ‘ons’, maar is uit een andere Huismantak ontsproten.
We zagen net hoe mooi de voornaam Marrigje meeloopt in een familiestamboom. Men vernoemde kinderen volgens een strak protocol naar familieleden en dat is voor stamboomonderzoek een geweldig hulpmiddel om families in kaart te brengen. Zonder deze vernoemingregels zou dit bijna onmogelijk zijn omdat achternamen pas sinds 1812 verplicht zijn.
Misschien aardig eens te kijken waar de voornamen van de Konings vandaan komen
- Cornelis: vernoemd naar Cornelis de Boer, de vader van Petertje de Boer
- Albert: een stamnaam in de familie teruglopend naar Albert Gerrits Koning (geboren 1746, zoon van Roelof Gerrits Conink). De naam komt in 1746 binnen via de vrouwelijke lijn van Luijtje Alberts.
- Hendrik: vanaf Albert Hendriks Koning (1774) tot Albert Hendriks Koning (1862) de rechte familielijn: Albert Hendriks- Hendrik Alberts enzovoorts. Hendrik komt in 1774 via de vrouwelijke lijn in de familie door Annigje Hendriks Breur
- Geesje: vernoemd naar Geesje Jans Pen (1904 Spanga), dan verder terug via Geesje Boersma (1810 Kuinre) naar Geesje Pieters (1715 Steenwijkerwold)
- Lutske: vernoemd naar Lutske Veenstra, de moeder van Hendrikje Veenstra
Ten slotte vond ik in de Belastingcohiers van Oldemarkt (1808) onder nummer 134 nog een heffing voor Hendrik Alberts Koning ad 1 gulden, dit is aan de onderkant van het tarief. Hendrik woonde toen in Kalenberg.
[1](HCO Zolle Gerechtelijk Archief Steenwijk, Steenwijkerwold en Scheerwolde , Toegang 76 Voogdijzaken Microfiches 194+/2/pagina 149)
[2] Albert Cornelis Koning is een zwager van mijn moeder Saakje Huisman- deVries